De buurt is het bejaardenhuis van de toekomst
Het is algemeen bekend dat ouderen steeds langer thuis blijven wonen, en gelukkig zijn ze hier ook toe bereid, zelfs als extra zorg nodig is. Maar wat willen deze toekomstige ouderen echt? In deze sessie verkennen we wie tot deze nieuwe generatie ouderen behoort en welke vormen van zorg en ondersteuning ze verwachten. Durven ze hulp te vragen binnen hun sociale kring, of verwachten ze dat alle zorg door externe instanties wordt geregeld? Dit roept de vraag op: wat zijn hun verwachtingen na jarenlang bijgedragen te hebben aan het zorgsysteem?
Saartje Sondeijker en Anne Hezemans nemen de toeschouwers mee in de inzichten uit het “Thuis Oud Worden”-onderzoek. Dit onderzoek biedt een inzicht in de wensen van vijftigplussers op het gebied van wonen, welzijn, sociaal netwerk, zorg, technologie en gezondheid. De resultaten van dit onderzoek zijn cruciaal voor het verbeteren van de ouderenzorg in de toekomst.
Omdenken
Saartje Sondeijker reflecteert op de veranderingen van de afgelopen vijftien jaar: “Vijftien jaar geleden dachten we dat we aan de vooravond van een transitie stonden, en dat denken we nu nog steeds. Maar nu moet het ook écht gaan gebeuren.” Ze legt uit dat het systeem voor de ouderenzorg, dat na de oorlog is ontwikkeld, binnenkort niet meer houdbaar is. “We zullen de aannames moeten loslaten, die zullen namelijk belemmerend gaan werken. Een transitie betekent omdenken.”
Saartje benadrukt dat we nu vooral leunen op formele, betaalde functies en dat we in de toekomst juist de informele kracht moeten gaan benutten. Ze beklemtoont dat het omarmen van nieuwe werkwijzen en het loslaten van traditionele methoden essentieel is voor vooruitgang.
Generaties en beeldvorming
Anne Hezemans spreekt over de diversiteit binnen de groep vijftigplussers. “50% van de volwassenen in Nederland is 50 jaar of ouder. Toch valt er echt nog een wereld te winnen. 67% van de 50-plussers herkent zich namelijk niet in de beeldvorming wat betreft ouderen door de overheid, reclames en uitingen. Wij zeggen altijd: niet praten over, maar praten met.” Anne bespreekt de verschillende generaties, zoals de stille generatie, babyboomers, generatie X en de pragmaten. Elk van deze groepen heeft unieke kenmerken en behoeften. “Dé oudere bestaat niet,” benadrukt Anne. De stille generatie kenmerkt zich door dat je ze niet hoort, ze redden zich wel, terwijl babyboomers vaak vermogender zijn maar zich niet altijd rijk voelen. Generatie X, met veel ZZP’ers en zelfredzame individuen, regelt het zelf wel, terwijl de pragmaten, opgevoed door babyboomers, bekend staan om hun harde werk en zelfredzaamheid.
Zelfstandigheid en ondersteuning
Uit het onderzoek blijkt dat mensen met een laag inkomen, mensen die alleen wonen en mensen zonder eigen netwerk zelfstandigheid zeer belangrijk vinden. En veruit de meeste ouderen willen thuis blijven wonen: “90% woont thuis, voornamelijk in een koopwoning. De aanname heerst dat ouderen niet willen verhuizen, maar het grootste gedeelte staat er wel voor open. Alleen willen ze kleiner wonen, maar de beschikbare woningen hebben vaak maar één slaapkamer, terwijl er behoefte is aan woningen met een extra slaapkamer voor hobby’s, apart slapen of een logeerplek voor kinderen en kleinkinderen.”
De buurt is het bejaardentehuis van de toekomst
Technologie
Ouderen staan open voor technologie, zolang het waarde en nut voor hen heeft. “Slechts 10% wil echt geen technische hulpmiddelen gebruiken. Als je een oudere vraagt: ben je online, zeggen ze nee. Maar als je vraagt wat ze doen met de tablet, dan zeggen ze: nou ja, van alles: de krant, wordfeud, WhatsApp,” zo vertelt Anne. Maar ze benadrukt ook het belang van de buurt als sociale structuur: “De buurt is het bejaardentehuis van de toekomst. 63% zegt dat ze kunnen terugvallen op de buren als er iets aan de hand is. We moeten dus gaan denken in straten en niet in buurten.”
Hulp vragen en hulp geven
Als het gaat over persoonlijke verzorging, willen de meeste ouderen niet geholpen worden. Vooral de minima en alleenwonenden hebben hier moeite mee. Hulp vragen is lastig, maar hulp geven is geen probleem. “72% is bereid om minimaal eens per week een ander te helpen. 47% is bereid om extra te betalen voor zorg. Hoe hoger het inkomen, hoe vaker men bereid is om extra te betalen. 40% is bereid te betalen voor zorg en ondersteuning door het eigen netwerk of een maatje of buddy.”
Afsluiting
Aan het einde van de sessie worden de deelnemers uitgenodigd om op een post-it te schrijven waar hun organisatie mee aan de slag zou moeten gaan en waar zij zelf mee aan de slag willen. Uit de zaal komen suggesties als: “NIVEA: niet invullen voor een ander”, “echt het gesprek voeren” en “Het inzetten van de buurt”.
Door te luisteren naar de verhalen en verwachtingen van ouderen zelf, kunnen we de zorg en ondersteuning beter afstemmen op wat echt belangrijk voor hen is. Het benutten van informele netwerken, het inzetten van technologie, en het bieden van mogelijkheden voor zelfstandigheid staan centraal in deze transitie. Met een gezamenlijke inspanning van professionals, beleidsmakers en de gemeenschap kunnen we van Nederland de beste plek ter wereld maken om oud te worden. De toekomst van ouderenzorg ligt in het omdenken, innoveren, en het werkelijk betrekken van ouderen zelf in de besluitvorming. Zo zorgen we ervoor dat iedere oudere de waardige en trotse toekomst krijgt die hij of zij verdient.